Agenda

ontmoeting met een vreemde

Met mijn laptop opengeklapt, nestel ik me in een heerlijk luie leunstoel op een verhoging in de Coffee Company bij mij in de buurt, op het Javaplein (Amsterdam). Mijn plan: voorbereiden van een startbekwaamheidsgesprek met een laatstejaars student van de Hogeschool van Amsterdam. Als ik vervolgens mijn (grote, papieren) agenda tevoorschijn haal uit mijn rugzak, voel ik dat ik in mijn bewegingen vriendelijk gevolgd wordt door twee paar ogen. Die ogen horen bij Sjaak – ex-boekhouder van kunstenaars – en Miriam – levenscoach en liefhebber van menselijk contact. Sjaak is ‘met pensioen’. Miriam staat vol in het leven. Het is Miriam wiens ogen de mijne kruisen. Zachte energie. Belangstelling. Verwondering. 

‘Goh, je hebt een papieren agenda. En nog wel een grote’, is haar openingszin. Sjaak knikt bevestigend. ‘Ja, dit is wel bijzonder in deze tijd van alles digitaal’, voegt hij toe. Ik glimlach. En bedank ze voor de opening die ze maken naar contact. Ik leg kort uit waarom deze agenda zo handig voor me is (ik werk in het onderwijs). Daarna stellen Sjaak en Miriam zich voor. Ze draaien zich verder in mijn richting en ik in de hunne. We zijn in gesprek. We hebben elkaar nog nooit gezien. En misschien blijft het hier wel bij. Mooi dat dit ontstaat. Dat het kan. 

Miriam vertelt over een gebeurtenis bij een cafe in de Watergraafsmeer. Sjaak over zijn werkverleden als boekhouder van kunstenaars. Het is me al snel duidelijk: deze twee kiezen voor een leven in ‘verbinding met anderen’. Sjaak is observerend. Miriam houdt van het voortouw nemen in het gesprek. Ingenomen met ons plotselinge, verrassende gesprek, ervaar ik haar als erg open. Voelt vertrouwd. Alsof we elkaar al langer kennen. 

Ik deel wat van mijn ervaringen als kunstenaar (Sjaak’s ogen gaan glimmen). We hebben een klik. En na wat langer lijkt dan het halve uur dat we samen deelden, staan Sjaak en Miriam op en gaan weg. Maar niet nadat ik ze  beiden een speldje heb gegeven. Met verwijzing naar onze website. ‘Dit past zo ontzettend bij hoe ik in het leven sta’, zegt Miriam. 

Met een glimlach nemen  we afscheid. Vaarwel of tot ziens? We weten het niet. En dat is niet erg. Het was mooi zoals het was. En nu een fijne herinnering. Aan iets dat niet vanzelfsprekend is, maar toch heeft plaatsgevonden. Kostbaar. 

Camille